Home » Blog » De ziekte van Addison bij een pup – Hans Kooistra

De ziekte van Addison bij een pup – Hans Kooistra

Hans Kooistra, dierenarts-endocrinoloog voor honden en katten. Verbonden aan Universiteitskliniek voor Gezelschapsdieren, Faculteit Diergeneeskunde, Universiteit Utrecht.

Inleiding
Primair hypoadrenocorticisme of Addison is een bijnieraandoening die niet alleen bij de mens voorkomt maar ook regelmatig bij de hond wordt vastgesteld. Er zijn nogal wat overeenkomsten in het ziektebeeld bij mens en hond. Bij zowel mens als hond is de oorzaak meestal een immuungemedieerde afbraak van bijnierschorsweefsel, met als gevolg een tekort aan glucocorticoïden en mineralocorticoïden. De symptomen van de ziekte van Addison zijn bij de hond vaak erg aspecifiek, waardoor de diagnose vaak in een laat stadium wordt vastgesteld of zelfs wordt gemist. Indien de ziekte van Addison wel wordt gediagnosticeerd heeft de hond, met levenslange medicamenteuze behandeling, een hele goede prognose. Ter illustratie wordt een jonge hond beschreven die met braakklachten werd aangeboden bij de Universiteitskliniek van de Faculteit Diergeneeskunde in Utrecht.

Patiënt

Floris, een 4 maanden oude Nova Scotia Duck Tolling Retriever reu, wordt aangeboden bij de universiteitskliniek vanwege braken en algehele malaise. Volgens de eigenaren van Floris is zijn eetlust al enkele weken matig. Bij het lichamelijke onderzoek wordt vastgesteld dat de hond een vrij lage hartfrequentie heeft. Bloedonderzoek bij de verwijzend dierenarts heeft verhoogde nierwaarden laten zien, op basis waarvan de waarschijnlijkheidsdiagnose “nierlijden” is gesteld. Aanvullend bloedonderzoek op de universiteitskliniek toont echter dat ook de kaliumconcentratie veel te hoog en de natriumconcentratie te laag is. Dit zou het gevolg kunnen zijn van een tekort aan mineralocorticoïden, waardoor er te weinig kalium wordt uitgescheiden en te weinig natrium wordt teruggeresorbeerd in de nieren. Dit laatste leidt tot een verminderd circulerend volume waardoor de nieren minder goed doorbloed worden, hetgeen een goede verklaring zou kunnen zijn voor de verhoogde nierwaarden. Een sterk verhoogde kaliumconcentratie leidt tot een verminderde geleiding in het hart, hetgeen de lage hartfrequentie kan verklaren. Een ACTH-stimulatietest laat zien dat de basale cortisolconcentratie in het bloed erg laag is en dat deze concentratie niet stijgt na intraveneuze toediening van ACTH. De basale ACTH concentratie in het bloed is verder torenhoog. Hiermee is de diagnose “primair hypoadrenocorticisme, oftewel de ziekte van Addison” met zekerheid vastgesteld.
Floris krijgt infuus toegediend om de vochtbalans te herstellen en wordt behandeld met mineralocorticoïden en glucocorticoïden, aanvankelijk intraveneus, maar al na 1 dag kunnen deze medicijnen oraal worden toegediend. Met behulp van de medicijnen doet Floris het weer fantastisch en volgens de eigenaren is Floris niet te onderscheiden van gezonde soortgenoten.

Nawoord

Deze patiëntbeschrijving laat fraai zien dat de ziekte van Addison ook voorkomt bij de hond. De oorzaken van deze bijnieraandoening zijn heel vergelijkbaar bij mensen en honden. Bij beide ‘diersoorten’ kunnen vaak antilichamen tegen het eigen bijnierschorsweefsel worden aangetoond. Bij honden wordt deze immuungemedieerde vorm het meest vastgesteld op een leeftijd van 2 tot 6 jaar, maar in zeldzame gevallen (zoals deze casus toont) kan de aandoening ook al op hele jonge leeftijd optreden. Dit wordt met name nogal eens gezien bij de Nova Scotia Duck Tolling Retriever, hetgeen een erfelijke achtergrond suggereert. Inderdaad wordt de ziekte van Addison bij bepaalde hondenrassen veel vaker gezien dan bij andere. Bij de Nova Scotia Duck Tolling Retrievers krijgt maar liefst zo’n 8% van alle honden de ziekte van Addison, vergeleken met ongeveer 0,1 % in de totale hondenpopulatie. Bij de Nova Scotia Duck Tolling Retriever kan met een genetische test worden vastgesteld of de hond een sterk verhoogde kans heeft deze aandoening te krijgen.

Omdat de symptomen van de ziekte van Addison tamelijk aspecifiek zijn, wordt de diagnose nogal eens gemist. De ziekte van Addison is in de diergeneeskunde een van de meest gemiste endocriene aandoeningen bij de hond. Het missen van de diagnose impliceert uiteraard het achterwege blijven van een adequate behandeling, met uiteindelijk de dood van de patiënt als gevolg. Als de diagnose echter tijdig wordt gesteld is de prognose van honden met de ziekte van Addison heel zonnig. Dagelijkse toediening van tabletten fludrocortisonacetaat en cortisonacetaat zorgt ervoor dat deze honden volkomen normaal kunnen functioneren. Wel moet de eigenaar van een hond met de ziekte van Addison zich er bewust van zijn dat de dosering cortisonacetaat moet worden verhoogd bij (ernstige) stresssituaties.

Eén reactie

Reacties zijn gesloten.